Gestatten, mein Name ist Cox (1955)

Voor zijn huis in Brussel ontmoet antiquair Paul Cox Annette Dumont, die eigenlijk advocaat Andersen wil zien. Ze vernemen echter dat Andersen is vermoord. Volgens de landgoedbeheerder zouden ze meer te weten moeten komen over zijn overlijden in de bar ‘Allotria’, waar zangeres Vera Walden optreedt. Dumont ontmoet familieleden in de bar en wordt afgeluisterd door ober Youmac, die aanbeveelt contact op te nemen met een privédetective die hij kent. Deze ‘detective’ is echter de kleine crimineel Anton Kraczyk, broer van Vera Walden. Terwijl hij een villa doorzoekt, vindt Kraczyk de aandelen daadwerkelijk en betaalt hij er een dividend van 300.000 frank voor terug bij de bank. In het bijzijn van Annette Dumont beweert Kraczyk dat Paul Cox achter de moord en de verdwijning van de aandelen zat. Verontwaardigd confronteert Dumont Cox, die uiteraard totaal verrast is. Cox belt zijn vriend, privédetective Richardson...